Opdracht 10 De Grondwet

 

In de grondwet staan regels.

In die regels staat wat de rechten van de inwoners van Nederland zijn.

Deze regels beloven de burger vrijheid.

Een ander woord voor deze regels is: grondrechten.

 

Belangrijkste grondrechten:

● Vrijheid van meningsuiting.
● Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging.
● Vrijheid van onderwijs.
● Vrijheid van vereniging en vergadering.
● Recht op brief - en telefoongeheim.
● Recht op gelijke behandeling.

 



In onze democratie bestaat gelijkheid.

Discriminatie is bij de wet verboden.

Je mag mensen niet afwijzen op huidskleur, ras of afkomst.


In een democratie zijn mensen vrij om

politieke partijen en verenigingen op te richten.


Niemand heeft toestemming nodig om in bladen en kranten te schrijven.

De pers, radio en televisie mogen kritiek leveren op de overheid.


De overheid houdt zich aan mensenrechten.

Niemand wordt door de politie of het leger vermoord of gemarteld.


Een democratie wil ook zeggen dat er sociale wetten zijn

voor mensen met weinig inkomen, voor zieken of bejaarden.


De mensen in een democratie hebben veel rechten, maar ook plichten.


De Grondwet is een zeer belangrijke wet.

In die wet wordt geregeld hoe Nederland geregeerd moet worden.

Er staan regels in over de taak van de Koning.

Je kunt in de grondwet lezen hoe de regering moet werken.

Er staat ook in wat ministers mogen doen.

De taken van de leden van de Eerste en Tweede Kamer kun je er ook in vinden.


Behalve de grondwet bestaan er nog meer wetten waar mensen van de overheid

rekening mee moeten houden.

Zo heeft het bestuur van onze provincies te maken met de Provinciewet.

Burgemeester, wethouders en gemeenteambtenaren hebben zich te houden aan de Gemeentewet.